Niet eerlijk...

‘Niet eerlijk hè, dit?’

 

Hij blijft het herhalen terwijl hij mij weer terugduwt, opnieuw en opnieuw en opnieuw, ik met mijn bezwete rug de muur raak en me weer naar voren worstel, het stootkussen tegen mijn borst geklemd, hijgend, gefrustreerd, opnieuw en opnieuw en opnieuw.

Niet eerlijk hè, dit? Niet eerlijk hè, dit? Niet eerlijk hè, dit?

Nee, niet eerlijk.

Helemaal niet eerlijk.

 

‘Kom op dan’

‘Kom op, kom dan, kom dan naar voren, duw dan, vecht me van je af.’ Hij daagt me uit, provoceert me.

Ik wil wel, ik wil niets liever.

Maar ik sta in een hoek. Gevangen en ingesloten. Met mijn rug tegen de muur.

Hij is in het voordeel. Elke keer als ik een half metertje win, steeds als ik wat ruimte voel, telkens als ik denk ‘ik ben er’, dan duwt hij me weer terug.

 

Opnieuw en opnieuw en opnieuw

Later, een soortgelijke oefening, maar dan op de grond. Als ik weet op te staan en de deur van de zaal kan bereiken, dan heb ik gewonnen.

Dan stopt het spel.

 

Ik worstel, gebruik al mijn energie. Ik verweer me, brug met mijn heupen, schuif bokkend in het rond, probeer me wringend om te draaien.

Dan krijg ik de overhand, maar het is maar schijn. Ik weet dat hij met me speelt als een kat met een muis. Dat ik alleen maar ruimte krijg omdat hij me die toestaat.

Dat weet ik omdat ik, steeds wanneer ik denk ‘ik ben er’ op een of andere manier weer naar de grond word gewerkt. Mijn benen in een klem worden gezet, mijn armen langs mijn eigen keel worden gevouwen.

Opnieuw en opnieuw en opnieuw.

Niet eerlijk hè, dit? Niet eerlijk hè, dit? Niet eerlijk hè, dit?

Nee, niet eerlijk.

Helemaal niet eerlijk.

 

De koning van Niet Eerlijk

Zijn we gelijkwaardig? Geenszins.

Want hij heeft decennia aan vecht-ervaring die ik niet heb. Hij heeft de controle, de beheersing, de skills. Hij weet exact wat hij doet en gebruikt vele malen minder energie dan ik, terwijl hij toch wint. Opnieuw en opnieuw en opnieuw.

Hij is Martijn, de koning van Niet Eerlijk.

 

 

 

Belastingvoordeeltje

Dat gevoel van ‘niet eerlijk’; ik durf te beweren dat we dat allemaal wel in meer of mindere mate herkennen, helemaal in deze tijden.

Misschien heb je wel eens moeten strijden tegen een grote instantie. Niet eerlijk!

Raakte je dat heerlijke belastingvoordeeltje weer kwijt aan die bekeuring. Niet eerlijk!

Iemand doet niet wat ‘ie wél had toegezegd. Niet eerlijk!

Of heb je het gevoel dat je niet (of: lastiger) kan meedoen aan al je lievelingsdingen omdat je geen QR-code hebt. Niet eerlijk!

Eindelijk weer mogen kravven na een lange laaaaange lockdown, en dan blessure na blessure na blessure oplopen waardoor je toch níet kan. Niet eerlijk!

 

Hakken in het zand

Dan is het maar al te verleidelijk om je af te sluiten, af te zetten, in de weerstand te gaan, kont tegen de krib en hakken in het zand. Om dingen te zeggen als ‘dan toch niet!’ en ‘fuck it!’ en dat lijkt dan heel veel op vrijheid maar in werkelijkheid stapelt de frustratie zich alleen maar op. Tot het emmertje vol zit, en overstroomt.

 

‘Zen’

‘Niet eerlijk’ heb ik ook vaak ervaren tijdens mijn carrière bij een woningbouwvereniging, wanneer ik mensen die over de schreef gingen voor de rechter bracht, en die mensen vervolgens doodleuk zonder enige consequenties voor hun daden weer de rechtbank uit zag wandelen.

Soms komen de verkeerde mensen gewoon weg met de verkeerde dingen. Zie dat dan maar eens, ‘zen’ en al, los te laten en over te dragen aan Karma.

 

‘Niet eerlijk’ gaat hand in hand met frustratie. Zo van dat er iets gebeurt, en dat je er niets tegen kan doen.

 

Flashback!

In een van mijn vroegste heldere herinneringen ben ik een ukkie op het strand van Torremolinos.

Ik vind iets moois in het mulle zand. Het is melkachtig wit en het glinstert in de zomerzon. Bijna plechtig pak ik het op. Ik weeg het in mijn kleine mollige handje. Het lijkt wel een schat.

Dan doemt, pal naast mij, een grote jongen op. Ik heb hem niet zien aankomen. Hij is er gewoon ineens.

‘Laat eens kijken?’ Hij steekt gebiedend zijn hand uit.

Argeloos leg ik het glimmende object op zijn uitgestrekte palm, waarna hij het met een grote boog terug in zee gooit.

Ik weet nog exact hoe ik me toen voelde.

Niet eerlijk hè, dit? Niet eerlijk hè, dit? Niet eerlijk hè, dit?

Nee, niet eerlijk.

Helemaal niet eerlijk.

 

 

Inruilen

Op het gedrag van anderen heb je geen invloed. Waar je wél invloed op hebt, is op het gedrag van jouzelf.

Net als op je overtuigingen, je waarheden, je perspectieven. Want die kan je wisselen. Inruilen, als het ware, als ze je niet meer dienen. Voor andere, die wél helpend zijn.

 

Misschien

Want misschien heeft die grote jongen, die uit het niets ineens naast je stond, je wel behoed voor een grote lelijke wond in je kleine handje, door dat stuk gebroken glas terug de zee in te slingeren.

 

Misschien zorgt dat QR-verhaal, waardoor je je nu zo belemmerd voelt, wel voor het ontdekken van een geweldige nieuwe hobby die onontdekt zou zijn gebleven als je alle dingen was blijven doen die je altijd al deed.

 

Misschien maakten die blessures wel dat je, eindelijk, eens een keer rust gunde aan je lijf dat altijd in beweging is.

 

En misschien zorgt het feit dat je opnieuw en opnieuw en opnieuw met je rug tegen de muur wordt geduwd of tegen de grond wordt gewerkt, uiteindelijk voor een vergroting van je kracht, je vechtlust en je weerbaarheid.

 

Wat je kiest is wat je krijgt

Blijf je kiezen voor de energie van ‘niet eerlijk’, dan is nog meer ‘niet eerlijk’ wat je krijgt. Je kiest een bepaald radiostation, en daar hoort nu eenmaal bepaalde muziek bij.

Dus.

Wat wil je wél? Waar wil je meer van voelen en ervaren?

Als je dat antwoord weet, begin er dan eens mee om juist dat te voelen in het Nu.

Nu, op dit moment. Want ook bij dat radiostation hoort bepaalde muziek.

 

Wat je kiest is wat je krijgt, oftewel ‘ask, and it is given’. Of je dat nu wil of niet.

Kan je, naar mijn idee tenminste, maar beter om de muziek vragen waar je gelukkig van wordt.