De rode draad

Dat Krav Maga sinds een jaar of zes als een rode draad door mijn leven loopt, is een understatement.

Sterker nog: ik had van die rode draad inmiddels drie truien kunnen breien, had ik de skills van mijn oma zaliger gehad.

 

Beginnetje

Het beginnetje van die draad hing ineens pal voor mijn neus, zomaar op een dag ergens in 2016. Het werd me aangereikt door een toen dierbare vriend, die simpelweg zei: “Je moet nou gewoon eens een keer stoppen met janken. Weet je wat jij moet doen? Jij moet op Krav Maga.”

 

Janken

Dat komt: ik kwam toen nét uit wat we zo mooi een ‘toxische relatie’ noemen. Een relatie met een narcistische man die me het liefst wilde isoleren van familie en vrienden, die me onder druk zette, obsessief jaloers was en me, met behulp van verschillende tactieken en op allerhande manieren, zo klein mogelijk probeerde te maken. En dat allemaal onder de noemer van liefde.

Spelletjes en mindfucks. Net zo lang tot ik, uitgehold en mezelf volledig kwijt, alleen nog maar kon janken.

 

Mysterieus

En toen dus, die dag in 2016. Nog die avond plofte er een linkje op mijn digitale deurmat, een linkje dat leidde naar meer informatie over die twee tamelijk mysterieus klinkende woorden: Krav Maga.

Nieuwsgierig klikte ik, en keek.

Vergeef me mijn taalgebruik, maar mijn eerste gedachte was

No. Fucking. Way.

No way dat ik dat durf.

No way dat ik dat kan.

No way dat ik dat ga doen.

 

‘Iets’

Maar toch resoneerde er iets. Bleef er iets hangen, rondzingen, echoën.

En dat ‘iets’ bleek sterk genoeg om contact op te nemen met een school in Haarlem, me op te geven voor een proefles en vervolgens op te komen dagen, ondanks een sensatie die, zonder overdrijven, grensde aan doodsangst.

En dat ‘iets’ bleek vervolgens sterk genoeg om me nog nét niet over de balie heen te slingeren op zoek naar een formulier, omdat ik na die proefles niet wíst hoe snel ik me in moest schrijven.

Want ik voelde: hier is iets voor mij.

En dat bleek waar.

 

Elke kravist een verhaal

Blauwe plekken, maar dan gezonde.

Geweld, maar dan veilig.

Stress, maar dan helend.

En vriendschap en steun, zonder oordeel. Omdat, durf ik te zeggen, elke kravist wel Een Verhaal heeft.

 

Borduren

Wat er gebeurde was immens.

Niet alleen werd ik lichamelijk een heel stuk fitter (helemaal omdat ik er ook Trojan Workout bij ging doen) maar ik merkte dat de rode draad zich al snel ook buiten de trainingszaal werkelijk overal doorheen begon te borduren.

 

Ik vond het rood bijvoorbeeld ook terug in mijn werk, toen ik langzaam maar zeker mijn onzekerheden begon te adresseren, om ze vervolgens te laten varen.

Ik begon me te realiseren wat voor uitspraken ik eigenlijk deed. Zoals ‘als ik zelfvertrouwen heb, dan ga ik mezelf laten zien. Dan lanceer ik mijn website, dan publiceer ik mijn boek, dan verkoop ik mijn diensten.’

Maar zelfvertrouwen wordt niet zomaar op een dag door een postbode afgeleverd in een mooi pakketje met een glanzende strik eromheen. Zelfvertrouwen, het woord zegt het al een beetje, begint in jouzelf.

 

‘Take it or leave it’

Waar mijn zelfvertrouwen in de trainingszaal toenam (ik ontweek niet langer de ‘enge’ grote mannen uit de groep, ik stopte beetje bij beetje met mezelf belachelijk te maken), groeide het recht evenredig mee in mijn communicatie met klanten en opdrachtgevers.

En er vond een verfrissende shift plaats van ‘zeg maar welk liedje ik moet zingen’ naar ‘dit is mijn repertoire, take it or leave it.’

 

Vonken en zolen

Ik vond mezelf terug op de bodem van een hele stapel mensen terwijl ik een stootkussen beschermde alsof mijn leven ervan afhing.

Want dat was mijn stootkussen. En ik hoefde niet langer dat stootkussen zomaar op te geven om een ander te pleasen of om aardig gevonden te worden.

 

Ik vond mezelf terug tegenover grote kerels en ik was steeds minder bang.

Ik vond mezelf terug in een kring van toeschouwers terwijl ik stond te vechten in wat we ook wel, heel gezellig, the circle of death noemen.

Ik vond mezelf terug in zombiegames, omgeven door stress, terwijl ik messen ontweek, klappen pareerde, stokken afpakte en de vonken uit mijn zolen schuifelde.

Ik vond mezelf terug, lopend door een haag van potentiële aanvallers.

Ik vond mezelf terug in een trein, waarin iedereen met elkaar liep te matten.

Ik vond mezelf terug in een donkere bokszaal, met hartkloppingen maar ook het besef: ik kan dit, ik overleef dit.

Ik vond mezelf terug. Punt.

 

De draad

En de draad meanderde verder, als vanzelf. Door relaties heen. Door communicatie. Door het vinden, stellen en bewaken van mijn grenzen. Door mijn gevoel van eigenwaarde, van ik-doe-ertoe, van ik-mag-er-zijn. Door sensaties van vechten, verdedigen, door blauwe plekken zo groot als een pannenkoek. Door steeds meer rechtop te staan. Via paniekaanvallen met tranen, snot en kwijl, naar huilend naar huis, naar lood in mijn schoenen, en door naar zin om te gaan, zin om te slaan, zin om voor mezelf te gaan staan.

 

De draad knoopte dingen aan elkaar. Keuzes, vriendschappen, mijn liefdesrelatie, de allermooiste banden met de allermooiste mensen. Leveltests, strepen op mijn broekspijp, dingen die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Dingen als koprollen, als big sweeps, dingen als bezwete knuffels en oprechte trots.

Maar ook: overeind blijven (en meer!) in tijden zoals deze, waarin het enige gegeven is dat er niets zeker is.

 

Labels

Soms krijg je een heel mooi cadeau in heel lelijk inpakpapier. Dan kan je blijven hangen bij hoe lelijk dat papier is, hoe rot de omstandigheden zijn, hoe lastig het allemaal is. En dat is oké. Want elk gevoel is legitiem.

Maar ik weet uit ervaring dat dat lelijke papier dat wat erin zit niet minder mooi maakt. Dus ik ben blij. Met dat cadeau. Met die dag in 2016. Met dat linkje. Met op de grond liggen en weer opkrabbelen, en weer, en weer, en weer.

Want: wat is mooi en wat is lelijk? Het zijn labels; niets meer, niets minder.

 

Ik ben blij met elke traan, met elke druppel zweet, met elke vonk uit mijn zolen. Met elke vochtige knuffel en elke aanval.

Blij met elke letter uit die twee tamelijk mysterieus klinkende woorden: Krav Maga.